Omschrijving
Dille (Anethum graveolens) is een oude kruidenplant. Oorspronkelijk is het afkomstig uit het Midden-Oosten en... Lees meer
Dille (Anethum graveolens) is een oude kruidenplant. Oorspronkelijk is het afkomstig uit het Midden-Oosten en Zuid-Europa. Vroeger was dit keukenkruid vooral bekend vanwege de geneeskrachtige werking bij zowel de Egyptenaren, Joden, Grieken als bij de Romeinen. Men maakte gebruik van zowel de bladeren als van de zaden. Dille is vermoedelijk door monniken in de rest van Europa verspreid. Tijdens de middeleeuwen werd dille gebruikt in de strijd tegen de heksen. Het kruid heeft zich in de keuken onmisbaar gemaakt.
Dille in de keuken
In de Scandinavische landen wordt dille veel gebruikt in de gerechten, vooral bij visgerechten. De naam dille komt van het oud-Saksisch woord Dilarm, dat vrij vertaald ‘in slaap wiegen’ betekent. Dille behoort tot de familie van de schermbloemige waartoe ook wortels, selder en peterselie toe behoren. Het plantje heeft een holle, glimmende stengel waarop de bladeren geveerd, breekbaar en draadachtig zijn; de groengele schermvormige bloemen zijn zeer geliefd bij bloemisten en schitteren in vele bloemstukken. Dille is ook te vinden in de vrije natuur waar het zich gemakkelijk laat verwilderen. Dille werkt genezend bij overtollige darmgassen, is hoestwerend en rijk aan vitamine C. De zaden als thee gebruiken, bevordert een goede nachtrust. Ook bij borstvoeding werkt dit kruid goed.
Zaai instructies
Dille verkiest een zonnige plaats en groeit het best in vochtige, goed doorlaatbare en humusrijke grond. Ook in potten of bakken is dit plantje te kweken, mits voldoende water en voedsel beschikbaar is. Het zaaien kan het beste direct ter plaatse gebeuren omdat dille zich moeilijk laat verplanten door zijn pinachtig wortelgestel. Een ideale periode hiervoor is april-mei, en moet gebeuren op een afstand van 30 cm. Na twee weken gaan de zaden kiemen. Uitdunnen op 20 cm geeft forse, stevige planten. Dille is weinig gevoelig voor insecten. Het beschermt zelfs tegen bladluis.